Al zesenveertig jaar zeg ik dat ik een christen ben. Het begon met plechtig mijn hartje aan de Heer geven. Elke zondag. Steeds opnieuw. Want ik wist nooit helemaal zeker of ik het wel goed had gedaan.
De afgelopen weken, wat zeg ik, máánden, is mijn leven in een stroomversnelling terechtgekomen. Een bruiloft, gevolgd door een zwangere dochter in huis, en als toppunt een prachtige bevalling en een intens genieten van een nieuw leventje.
Afgelopen week had ik een driedaagse cursus in het kader van mijn coachopleiding. O, wat heb ik mij klein gevoeld op de laatste middag! We mochten creatief aan de slag met het in beeld brengen van onze visie.
Deze maand mag ik beginnen met een coachopleiding. Wat heb ik er zin in! En wat zag ik op tegen de intakedag. Tijdens die dag werden we als aspirantcoaches allemaal beoordeeld. Ik werd er zenuwachtig van.
Vorig jaar rond deze tijd stuurde ik een sollicitatiebrief naar Sestra. Ik had geen idee of er werk was, maar ik wist wel dat het een organisatie met doelstelling was waarbij ik me thuis voelde.
Toen ik vijfentwintig jaar geleden moeder werd, belandde ik in een depressie. In plaats van een roze wolk, was er een diep, donker gat. Ik voelde me moederziel alleen en zo schuldig als moeder dat ik het er met niemand over had.
Wie schrijft, die blijft, wordt weleens gezegd. Zo werkt het ook bij mij. Als ik opschrijf waar ik mee bezig ben, geeft het me iets tastbaars. Zoals de bevrediging die ik kan ervaren als ik iets van mijn lijstje mag doorstrepen.
Vorig jaar heb ik bijgehouden hoeveel boeken ik las. Ieder stapeltje werd gefotografeerd en vereeuwigd op Instagram. Ik kwam tot een totaal van 153 boeken. Gek genoeg viel mij dat een beetje tegen, ik dacht echt dat ik de 200 zou halen!