Bidden is praten met God. Dat is iets wat bij velen die een christelijke opvoeding hebben gehad in het geheugen gegrift staat. Het klinkt simpel. Praten is voor de meesten van ons iets wat vanzelf gaat.
Er zijn wereldwijd heel wat kerken waar op de tweede zondag van de lijdenstijd Psalm 27 wordt gelezen, omdat die genoemd wordt op verschillende leesroosters die kerken gebruiken.
Een nieuw jaar voelt voor mij altijd zoals een nieuw schrift vroeger op de basisschool voelde. Een nieuwe kans om nu echt altijd netjes te gaan schrijven. Een nieuw jaar vol witte bladzijden.
In een ver verleden heb ik weleens een cursus snellezen gevolgd. Het leek me wel wat: in zo kort mogelijke tijd een (studie)boek lezen en toch precies weten wat erin staat. Geweldig efficiënt.
Een van de dingen die me aanspreekt in het christendom is de eigenwijsheid, de tegendraadsheid ervan. Het christendom is eerlijk over de toestand van de mensheid.
Het is zo’n lekkere meezinger, Opwekking 300: De aard’ is van God en al wat daarin is. Misschien is-ie zo langzamerhand wel een beetje ouderwets, maar de tekst is eigenlijk wel geweldig.
We hebben wat liefde betreft denk ik nog heel wat te leren als christenen. De meesten zullen, als je ze vraagt welk woord als eerste in ze opkomt bij het woord ‘christenen’ niet direct ‘liefde’ noemen.