En Mozes zag heel het werk, en zie, zij hadden het gemaakt zoals de HEERE geboden had, zo hadden zij het gemaakt. Toen zegende Mozes hen.
(Exodus 39:43, HSV)
BIJBELGEDEELTE
Zo bent u dus geen vreemdelingen of gasten meer, maar burgers, net als de heiligen, en huisgenoten van God, gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, met Christus Jezus zelf als de hoeksteen. Vanuit Hem groeit het hele gebouw, steen voor steen, uit tot een tempel die gewijd is aan Hem, de Heer, in Wie ook U samen opgebouwd wordt tot een plaats waar God woont door Zijn Geest.
(Efeziërs 2:19-22, NBV)
EEN STAPJE DICHTERBIJ
Gemeente zijn doen we samen. In het koninkrijk van God zijn we samen. Later, voor Gods troon, staan we samen. Ondanks dat wij soms moeite hebben met dat ‘samen’, gaat het bij God altijd om samen!
Een voorbeeld. Na jarenlange slavernij waren de Israëlieten niet rijk en voordat ze vertrokken uit Egypte vroegen ze hun Egyptische buren dan ook om geld en goed; een soort sponsoractie. Misschien hebben sommigen zich in de woestijn rijk gerekend en gefantaseerd over wat ze met die rijkdom zouden doen. Maar toen zei Mozes: ‘Geef van je spullen een vrijwillig offer aan de Heere.’ En dat vroeg hij, omdat God hem de opdracht had gegeven om een tent van ontmoeting te maken – de tabernakel – en daar materiaal voor nodig was.
Deden ze dat? Ja! Ze kwamen. Ieder wiens hart hem daartoe bewoog en ieder wiens geest hem gewillig maakte. Ze brachten het hefoffer voor de HEERE. (Exodus 35:21, HSV) En toen was daar één grote berg spullen; van iedereen wat: van Israëlieten en Egyptenaren. Oftewel: een huis voor de Heere uit sámengeraapte spullen. Wie had dat gedacht…
Vervolgens gaf God Bezaleël wijsheid en vakmanschap om de tent te maken. Maar God had nog veel meer mensen nodig! Met de jaren had Hij veel vrouwen een bewogen en wijs hart gegeven. Zij hadden in hun dagelijkse leven geleerd om te spinnen met wol, linnen en geitenhaar. Nu had God hen nodig om het draad voor de kleden voor de tempel en de kleding voor de priesters te spinnen. Iedere vrouw in haar eigen tent. De een spon blauwpurper, de ander roodpurper, weer een ander karmozijnrood. Ieder op haar eigen tempo, op haar eigen manier. Al die draden brachten zij naar Bezaleël en hij weefde er stof van en borduurde de prachtigste patronen.
Na een lange poos was de tabernakel klaar. Iedereen kwam kijken. Iedereen raakte onder de indruk. De vrouwen verbaasden zich over de prachtige kleurige tentkleden met indrukwekkende cherubs erop en het grote gordijn voor de ingang. Hoeveel meters draad was daar wel niet in opgegaan!
De dag van de inwijding van de tabernakel werd alles op zijn plek gezet en de priesters werden gezalfd in hun linnen kleding. Als laatste hing Mozes het gordijn voor de ingang op. Toen gebeurde het allermooiste: God kwam met Zijn majesteit!
Diep onder de indruk boog iedereen voor de Heere, want God bij hen. Wellicht keken de vrouwen intens dankbaar naar de linnen kleren van de priesters en naar alle tentdoeken. Zochten hun ogen hun zelfgesponnen draden… en konden ze niet vinden. Want hun draden waren één geworden met Gods huis. God had Zijn huis gebouwd, ook door hen heen!
Geloof jij dat God aan jouw gemeente de juiste materialen kan geven? En de juiste werkers met die gaven, talenten, levenservaring en bewogen harten die nodig zijn om Zijn huis te bouwen? Vraag Hem daarom.
En – het belangrijkste – God heeft ook jou nodig. Vraag Hem wat jij mag doen en doe vervolgens ook wat Hij je opdraagt. Dan zal God wat jij maakt – jouw draden – verweven in het geheel van Zijn huis. Jouw draden zijn noodzakelijk, samen met de draden van miljoenen anderen. Want Gods huis – dat zijn we sámen!
GEBED
Heere Jezus, dank U voor de persoonlijkheid, gaven, talenten en levenservaring die U mij hebt gegeven. Help mij om mijzelf niet te vergelijken met anderen. Laat mij datgene doen waarvoor U mij gemaakt hebt. Help mij om die draden te spinnen die U wilt verwerken in Uw huis. Ik wil U dienen. Ik wil meebouwen aan uw koninkrijk. Help mij om dat samen met anderen te doen en leer mij samenwerken, ook als dat moeilijk is. Laat ons samen bouwen – tot Uw eer alleen. Amen.