Het was weer zo’n dag; ik had al zo ver gelopen, gestrompeld en geklommen. Vele voeten passeerden me, vaak kon ik ze maar net ontwijken. Op dagen als deze moet ik oppassen dat ik niet vertrapt word of onder de grond gestopt. Mensen zien me misschien als nutteloos en ik snap dat ergens wel. Wat ben ik nou eenmaal? Klein, harig, niet bijzonder. Mensen vinden me misschien zelfs wel wat vies als ik in de natuur loop of in hun tuin. Ik voel me vaak een indringer. Er wordt raar naar me gekeken. Ik ben klein en zo voel ik me ook. Kon ik maar vertellen wat ik weet. Kon ik maar laten zien wie ik werkelijk ben. Of wat ik werkelijk ben.
Als mensen me maar de tijd gaven, dan zouden ze het zien. Ik neem het hun niet kwalijk, ze weten niet beter. Ze trekken vaak hun conclusie, nog voordat ze hebben gezien wat ik kan worden. Ergens vind ik het ook wel grappig, alsof ik een goed bewaard geheim met me meedraag en ik de enige ben die weet wat nog komen gaat. Ik heb alleen wat tijd nodig. Tijd om te groeien, tijd om me terug te trekken in mijn eigen proces. Ik ben niet in één dag bij mijn werkelijke bestemming.
Net als de mens, heb ik me laten vertellen. Wat dat betreft lijken we wel wat op elkaar. We zijn allebei nog niet zoals we bedoeld zijn. We dragen een groot geheim met ons mee. Wat dat geheim is? Wacht, ik laat het je zien. Maar eerst wikkel ik mezelf in wit zijde. Geef me de tijd, dan kom je erachter.
Hoe doe jij dat eigenlijk, als mens? Gun jij jezelf ook die tijd om te groeien? Moet jij jezelf ook weleens terugtrekken om je goed bewaarde geheim steeds verder te onthullen?
Ik zal je nog iets meer vertellen over wie ik ben en waar ik naar op weg ben. Er is mij verteld dat ik een doel heb op deze aarde. Dit doel zal langzaam tot stand komen. Ik mag naar dit doel toe groeien. Net als de mens, hoorde ik. Weer iets wat we gemeen hebben. Op weg naar mijn bestemming is het wel een periode donker in mijn leven. Ik zie dan geen hand voor ogen. Toch groei ik juist in deze periode het meest. Want ik weet dat het weer licht wordt. Het donker is slechts tijdelijk, daar vertrouw ik op.
Hoe doe jij dat eigenlijk, als mens? Als het donker wordt in je leven? Raak je dan in paniek of vertrouw je er net als ik ook op dat op een dag het licht weer zal schijnen?
Het is best gek eigenlijk; ik begrijp wel dat mensen soms raar naar me kijken. Ze begrijpen mijn proces misschien niet of ze zien maar een klein stukje van het geheel. Maar in die donkere periode ben ik juist bezig om de mooiste kleuren te kleuren. Ik heb de tijd. Ieder deel van mij krijgt identieke kleuren en vormen. Zo word ik steeds meer een geheel. Compleet. Kom ik tot mijn bestemming. Als mensen me zien als ik af ben noemen ze me zelfs weleens ‘een kunstwerk’.
Weer iets wat we gemeen hebben, denk ik dan. Want zo zie ik de mens ook, als een waar kunstwerk. Niet in één keer af, maar gedurende het proces ontpoppen zich steeds meer kleuren, ook wanneer het donker is, misschien juist dan.
Goed, ik heb je nu al best veel verteld. Ik denk dat het tijd is om mijn geheim te onthullen. Beetje bij beetje kruip ik uit mijn schulp, uit mijn comfortzone. Ik knipper met mijn ogen, want zo veel licht ben ik lange tijd niet gewend geweest. Het is fel, warm, uitnodigend. Mijn kleine wereldje laat ik achter me. Het donker heeft me veranderd. Ik ben niet meer wie ik was. Ik heb vleugels gekregen. Ik kan vliegen! Ik was een rups, nu ben ik een vlinder. Een vlinder, met prachtige kleuren, een waar kunstwerk. Ik heb mijn bestemming bereikt.
Mijn verhaal bewijst: niks is wat het lijkt. Iets wat zich klein en nutteloos voelt, kan tot grote hoogte kan komen door geduldig te zijn en vol te houden als het leven donker is en vervolgens zijn vleugels te spreiden als het licht er weer is. En dat hebben we gemeen. Dat kun jij ook! Mens, wat ben je mooi! Sla je vleugels uit, laat je kleuren zien. Je bent een waar kunstwerk.
Christien schreef Sterkte!, een prachtig klein boekje gevuld met allerlei bemoedigende en hoopvolle teksten. Daarmee kun je een ander laten weten dat je aan hem of haar denkt!