Even een bloemetje kopen. Vanavond gaan we op verjaardagsvisite. De jarige is dol op bloemen, dus dat lijkt me wel een geschikt cadeau. Ik stap op de fiets en ga naar de bloemist. Zodra ik binnenkom, weet ik dat ik een probleem heb. Alweer.
Wat het probleem is? Ik kan niet kiezen. De bloemist heeft een winkel vol emmers en in elke emmer staan andere bloemen, een ander soort, een andere kleur. De een nog mooier dan de ander. Beter gezegd: allemaal even mooi. Prachtig gewoon. Dus het duurt wel even voordat ik een keuze heb gemaakt. Ik pak een bosje uit de ene emmer, kies er een ander bosje bij, zie verderop nog iets moois, zet het ene bosje weer terug, pak een ander… en zo ben ik wel tien minuten bezig.
Het is niet voor het eerst dat ik nogal wat tijd kwijt ben in de bloemisterij. Ik ben namelijk ook dol op bloemen en zou ze het liefst allemaal kopen en meenemen. Maar als ik dat al zou kunnen betalen, zou de jarige dat waarschijnlijk niet op prijs stellen, want waar laat je ze?
Opeens schiet me iets te binnen. Een lumineus idee. Ik vraag aan de bloemist of hij de bloemen ook per stuk verkoopt. Als hij instemmend knikt, weet ik wat me te doen staat. Ik loop langs de emmers en pak hier en daar een bloem, allemaal anders van soort en kleur, allemaal even mooi.
Met een stuk of twintig verschillende bloemen loop ik naar de toonbank en overhandig mijn oogst aan de bloemist, die belooft er een boeket van te maken. Of er nog wat groen bij mag? Natuurlijk, daar wordt het alleen maar mooier van.
Een minuut of wat later komt hij terug. Ik kan mijn ogen niet geloven. Ik vond elke bloem op zich al zo mooi, maar zo samen… vormen ze een oogverblindend, schitterend geheel. Een gemengd boeket.
Die avond overhandig ik met gemengde gevoelens mijn cadeau aan de jarige. Spijt omdat ik dat mooie boeket uit handen moet geven, blijdschap omdat de jarige er zichtbaar mee in haar sas is. Ze geeft het boeket een ereplaats op tafel en zo kan ik er die avond nog enkele uurtjes van genieten.
Waar gebeurd? Wie weet…
Maar ik moet wel vaak aan zo’n gemengd boeket denken als ik om me heen kijk. Om mij heen zie ik allemaal mooie bloemen, allemaal anders en allemaal even mooi. En dan heb ik het over de mensen om mij heen. Allemaal anders, van buiten en van binnen. Allemaal even mooi!
De een is goed in organiseren; de ander in gastvrijheid. Weer een ander kan heel goed met mensen omgaan, terwijl zijn buurman groene vingers heeft en de buurvrouw daarnaast weer een kei is met computers. De een is een flapuit, de ander stil en teruggetrokken. De een sterk en gezond, de ander ziekelijk.
Ik zie het om me heen, en ik zie het in de kerkelijke gemeente waar ik deel van uitmaak. Allemaal anders, allemaal uniek… Wat de een niet kan, is voor de ander een makkie. En zo vullen we elkaar aan, als het goed is.
Allemaal samen vormen we zo een prachtig, kleurrijk geheel. Een gemengd boeket.