Het is vrijdagavond. Mark en ik zitten in de woonkamer en genieten van een glaasje wijn. De klok tikt de minuten weg. Het enige andere geluid is het geritsel van papier als een van ons een bladzijde omslaat. Maar dan klinkt er gemorrel aan de voordeur…
Het is Tomas, die thuiskomt van een jeugdclub van een vriendje. Ze gingen voetballen in een voetbalkooi een wijk verderop. Hij loopt zwijgend naar binnen, schenkt zichzelf een enorm glas drinken in en vult een schaal met chips. Hij pakt de iPad, nestelt zich naast ons op de bank en begint te eten. Een lucht van zweetvoeten en geplet gras vult mijn neus.
‘Was het gezellig?’ vraag ik.
‘Ja.’ De kauwgeluiden gaan onverminderd door.
‘Wie waren er allemaal?’
‘Gewoon.’
Dan slurpt hij in een keer zijn hele glas leeg.
Onafgebroken blijft hij naar zijn iPad kijken. Wij lezen ook weer verder.
Na een kwartiertje staat hij op. ‘Dat was gezellig, ik ga nu naar bed.’
‘Goed idee, knul, ga je alsjeblieft wel even douchen?’
‘Moet dat?’
‘Ja, absoluut!’
‘Oké.’
Hij knelt zijn armen om mijn nek en geeft me een paar dikke zoenen.
‘Welterusten mam, doei pap.’
En weg is hij. Het geritsel en de klok zijn weer het enige geluid.
Dan gaat de voordeur weer open. Nog voordat hij dichtvalt, horen we dat Sara al tegen ons begint te kletsen: ‘Joehoe, ik ben er weer, hoor! Het was zo gezellig, moet je horen wat we gedaan hebben.’ Er volgen wat onverstaanbare klanken als ze haar jas uittrekt en schoenen uitschopt. De kamerdeur vliegt open en Sara ploft tussen ons in op de bank.
Ze vervolgt enthousiast haar verhaal over de tieners, het spel dat ze hebben gedaan, de leuke grap die ze had gemaakt. Ze ratelt ongeveer tien minuten onafgebroken aaneen. Pogingen om te reageren of een vraag te stellen mislukken. Dan staat ze op, geeft Mark een knuffel en mij een aai.
‘Slaap lekker hoor, ik ga naar boven. Is het goed als ik nog even ga douchen?’
Zonder het antwoord af te wachten staat ze op. De deur valt achter haar dicht en we horen haar snelle voetstappen op de trap. De klok tikt rustig verder. Mark en ik glimlachen.
Zou God ook zo’n plezier hebben in het verschil tussen zijn kinderen en de manieren waarop ze bij Hem op de bank ploffen? Ik weet dat het de bedoeling is dat we vooral luisteren als we bidden. Maar is het niet heerlijk om af en toe gewoon tegen Hem te ratelen?
Hij geniet, glimlacht en wacht af. Wijze raad komen we vanzelf wel halen.