Oeps, nu heb ik er alweer iets uit gefloept, voordat ik heb nagedacht! Denk jij dat ook weleens? Bijvoorbeeld nadat je er in je boosheid wat lelijke woorden uit hebt gegooid. Om vervolgens te balen als een stekker, omdat je dat gezegd hebt en diep vanbinnen hoop je maar dat niemand het heeft gehoord…
Wat dan nog vervelender is, is dat je kind je aankijkt en vraagt of het wel goed met je gaat. Een beetje beschaamd zeg je snel dat het niet de bedoeling was en probeer je het goed te praten.
Deze momenten heb ik ook weleens en dan baal ik toch zo van mezelf. Ook al hoef je je kind niet te laten denken dat het leven alleen maar rozengeur en maneschijn is, je kunt er wel letten op de toon en woorden die je gebruikt tijdens je ‘uitflapmomenten’.
Bij mijn in de klas gebeurt het regelmatig dat kinderen iets zeggen zonder erover na te denken en een ander kwetsen. Vaak is het niet de bedoeling en ook niet op de persoon gericht, maar het is wel gezegd! Echt een ‘oeps-moment’.
Lelijke, negatieve woorden uitspreken haalt jezelf en de ander altijd naar beneden. Soms hebben we het erover met elkaar en dan kunnen ze zich ook inleven in de ander en snappen ze waarom het niet goed is. Dat zijn vaak zulke pure momenten. Van die momenten waar niet alleen de kinderen van leren; het zijn ook leermomenten voor mijzelf.
Maar dit soort dingen bespreken met je eigen bijna-puber is wel andere koek dan dat doen in een klas vol kinderen. Voor mijn eigen kind wil ik zo graag de ‘perfecte’ moeder zijn en word ik liever niet herinnerd aan mijn lelijke ‘oeps-momenten’. Maar helaas, tot op heden is het me nog niet gelukt om perfect te zijn.
Daardoor is wel een verlangen ontstaan; een verlangen naar hoe ik op dit gebied graag zou zijn als moeder. Dat staat beschreven in de Bijbel, in Efeziërs 4:29 (BGT): Zeg geen slechte, negatieve dingen over mensen. Maar zeg als het nodig is, dingen die het geloof van anderen sterker maken. Zeg iets wat mensen goeddoet.
Vaak zeggen we onze kinderen dat ze van dit soort dingen mogen leren. Dat ze, als ze fouten maken, die kunnen herstellen. Dat je op je uitspraken terug mag komen. Maar dat geldt dus ook voor ons, moeders! Wat is het moeilijk, maar goed om aan onze kinderen te laten zien dat wij soms ook de fout in gaan. En dat we niet alleen hen corrigeren, maar ook onszelf.
Dat is best moeilijk, maar gelukkig hebben wij ook een Vader Die ons helpt. Net zoals wij onze kinderen inzichten geven en helpen, wil Hij ons ook wijsheid geven als wij daarom vragen.
Heer, ik wil niet dat mijn kinderen mij zien als een veroordelende ouder, een jaloerse ouder, een ouder die weinig geloof heeft of ontevreden is. Wilt U mij ervoor behoeden dat ik negatief praat over iemand? En als het gaat over het corrigeren van mijn kinderen, wilt U mij helpen om hen op te bouwen met mijn woorden, en ze niet naar beneden te halen. Als ze fouten maken of falen, wilt U mij dan helpen om ze te blijven omarmen in liefde, in plaats van hun alleen maar te vertellen hoe ze het anders moeten doen. Dank U dat U mij ook hiermee wilt helpen. Amen.