‘Volgens mij ga ik dementeren.’ Hoe vaak ik die opmerking de laatste tijd niet hoor van vriendinnen. Een stotterend kortetermijngeheugen kan een symptoom zijn van de overgang. Dus kan ik vele vrouwen in mijn omgeving troosten met de wetenschap dat dit ‘erbij hoort’.
Tuurlijk, dat lucht op, maar lóst niks op. Een hoofd vol watten blijft lastig. Black-outs liggen altijd op de loer. Een vriendin vertelt: ‘Ik wil een boek pakken uit de slaapkamer en twee minuten later weet ik niet meer waarom ik de trap ben op gelopen. Of ik rijd naar de supermarkt om wc-papier te halen en waar kom ik mee thuis? Met alles, behalve met de toiletrollen die ik dringend nodig heb.’
Ook mijn hoofd is steeds vaker warrig. Van nature ben ik al een chaoot. Laat staan nu ik richting laatste menstruatie koers. Op de afzuigkap in de keuken moet ik noodgedwongen geheugensteuntjes plakken. Bij A. en R. eten woensdag! Vrijdag I. bellen over vakantie. Meestal helpen die lijstjes, maar net zo vaak schieten er dingen tussendoor. Stomweg omdat ik ze niet opschrijf.
Benzine tanken bijvoorbeeld. Aangezien ik geen waarschuwingslampje heb, vergeet ik regelmatig op tijd naar de pomp te rijden. Zo ook tijdens een vergadering met Petra over het Grote Overgangsboek. We ontmoeten elkaar bij een restaurant in de bossen. Haperend en sputterend bereikt mijn auto net op tijd de parkeerplaats. ‘Mijn benzine is bijna op!’ leg ik uit.
Na afloop van onze lunchmeeting vertelt de ober waar de dichtstbijzijnde pomp staat. ‘Tien minuten rijden, meer is het niet,’ belooft hij. Ik voorop, Petra volgt. Mijn auto kucht zich nog een tijdje dapper vooruit, maar honderd meter voor het tankstation heeft-ie zoiets van: bekijk het maar! Samen duwen Petra en ik mijn Suzuki naar de kant. Na enig graafwerk in mijn achterbak vind ik een jampot om benzine in te tanken. Want een reservetankje? Vergeten!
Ik stap bij Petra in de auto en daar gaan de dames richting tankstation annex garage. Benzine, jampot? ‘Dat gaat niet lukken hoor!’ zegt de jonge receptioniste van de garage op besliste toon. ‘Hoe krijgt u dat in de tank?’ We kijken haar verbaasd aan. O nee? Gaat dat niet? De vrouw zucht over zoveel onwetendheid, maar biedt ons wel heel attent een tankje te leen aan. Wij krijgen een jerrycan met schenktuit.
Met een paar liter benzine gaan we op weg naar mijn auto in de berm. Onderweg en tijdens het overtanken vertellen Petra en ik elkaar recent beleefde ‘help-ik-heb-een-wattenhoofd-avonturen’. We vrezen allebei dat onze warrigheid waarschijnlijk de komende jaren alleen zal maar toenemen. De vraag is alleen wel: als alles voorbij is, krijgen we dan weer ons ijzersterke geheugen terug?
Om eerlijk te zijn: ik denk het niet, want ook bij het ouder worden hoort een haperend kortetermijngeheugen. Ik heb zo’n idee dat ik de rest van mijn leven briefjes zal moeten blijven plakken op de afzuigkap. Daar komt er vanaf nu eentje bij, neem ik me direct voor. Niet vergeten te tanken!
Tekst: © Mariëtte Woudenberg