Ga ik op weg of rust ik uit, U merkt het op, met al mijn wegen bent U vertrouwd.
(Psalm 139:3, NBV)
BEGRIJPEN
Omdat mijn ouders het vroeger niet erg breed hadden, maakten zij in de vakantieperiode gebruik van het fenomeen ‘woningruil’. Onze kleine flat – gelukkig erg in trek, want hij bevond zich vlak bij het strand – werd dan voor twee weken verwisseld voor een heerlijke eengezinswoning, meestal ergens op de Veluwe. Mijn vader schoffelde er wat in de achtertuin, we fietsten door het bos en over de hei, en genoten. Op hun beurt waren de tijdelijke bewoners van onze flat dolgelukkig met het strand en de zee, en de meeuwen die je vanaf ons balkon kon voeren.
Verandering
Reisbureaus willen ons graag laten geloven dat vooral de woorden ‘duur’ en ‘ver’ een geslaagde vakantie garanderen. Maar in wekelijkheid is het succes gelegen in een heel simpel element. ‘Verandering’ is het enige waar we behoefte aan hebben na een lange periode van aaneengeregen verantwoordelijkheden en verplichtingen.
Het is het decor van een andere omgeving dat ons helpt de zinnen te verzetten, de sleur van alledag achter ons te laten en tot rust te komen. Al is het maar even.
We hebben het nodig
Sommige christenen hebben daar moeite mee. Ik kende ooit iemand die haar kerkelijke verantwoordelijkheden zo serieus nam, dat vakantie voor haar helemaal geen optie was. Aan de andere kant heb ik ook mensen horen verzuchten hoe lekker het was eindelijk even bevrijd te zijn van al het ‘gedoe’ in de kerk.
Hoewel in beide gevallen misschien sprake is van overdrijving, komen we in de Bijbel allerlei voorbeelden tegen die te maken hebben met het verlangen naar rust. Niet zo vreemd, als we bedenken dat in het scheppingsverhaal het de Schepper Zelf is Die na zes dagen werken een dag van rust voorschrijft. Hij heeft ons gemaakt en weet als geen ander wat we nodig hebben.
Ook Jezus kende die behoefte. In Marcus 6:31 lezen we hoe Hij de leerlingen voorstelt er even tussenuit te gaan naar ‘een afgelegen plaats’, om tot rust te komen na het voortdurend komen en gaan van mensen die een beroep op hen deden. Niet dat dit lukte overigens, want als ze eenmaal op die plaats arriveren, bleek die toch minder afgelegen dan gedacht; er had zich een hele menigte verzameld, maar dat terzijde.
Of u nu eet of drinkt of iets anders doet, doe alles ter ere van God. (1 Korintiërs 10:31)
Goed, zeg je misschien, we hebben rust nodig. Maar lezen we in diezelfde Bijbel ook niet dat we die alleen bij God kunnen vinden?
Natuurlijk, maar het een sluit het ander niet uit. Juist wanneer we wandelen door dat bos, fietsen over die stille hei, kijken naar onze spelende kinderen vanaf onze strandstoel, overweldigt ons dat gevoel van intense dankbaarheid en zoekt ons hart contact met Hem.
Ook al gaan we nu eens even niet naar Bijbelstudies en kerkdiensten, we mogen genieten van wat we zien en doen, in de wetenschap dat God bij ons is.
Ga ik op weg of rust ik uit, U merkt het op, met al mijn wegen bent U vertrouwd. (Psalm 139:3) Wat een rustgevende gedachte!
NALEVEN
‘Ik benijd de vrouw van nu niet,’ zei een oudere dame in een artikel over generatieverschillen in een christelijk blad. ‘Er worden zo veel meer eisen aan haar gesteld dan vroeger het geval was. Ze heeft een baan, ze zorgt voor het huishouden, de kinderen, vaak ook nog voor de ouders. Daarnaast heeft ze in de kerk nog haar taken. Je wordt al moe bij het opsommen.’
Deze vrouw heeft wel een beetje gelijk. Hoewel de tijd van ‘maandag wasdag’ en ‘woensdag gehaktdag’ ook niet echt iets is om naar terug te verlangen, was het leven van onze moeders en grootmoeders beslist overzichtelijker. Misschien dat daarom vakantie voor ons zo belangrijk is geworden. Want wat kun je uitkijken naar die oase van rust in de hectiek van alledag.
Even een adempauze
niets moet
tijd om om je heen te kijken
en oog te hebben voor Gods wonderen.
Vakantie is bij uitstek de tijd om nieuwe kracht en energie op te doen, zodat je er weer tegenaan kunt. U geeft mij nieuwe kracht, U doet mij herleven. (Jesaja 38:16b) Want ontsnappen aan je dagelijkse verantwoordelijkheden, betekent gelukkig niet dat God thuisblijft. Integendeel.
David wist het, toen hij zong: Al verhief ik mij op de vleugels van de dageraad (al vloog ik mijlenver met KLM), al ging ik wonen voorbij de verste zee (al ging ik op vakantie naar het andere eind van de wereld), ook daar zou Uw hand mij leiden, zou Uw rechterhand mij vasthouden. (Psalm 139:9-10)
Fijne vakantie!