Jezus zei: ‘Ik wens jullie vrede! Zoals de Vader Mij heeft uitgezonden, zo zend Ik jullie uit.’
(Johannes 20:19-23, NBV)
BEGRIJPEN
Ze zaten met z’n allen bij elkaar die avond op de eerste dag van de week. Hun dromen in duizend scherven stukgeslagen op de grond. Verslagen. Ze hadden de deuren voor de zekerheid maar op slot gedaan, bang als ze waren dat de priesterlijke macht het nu op hen gemunt had. De discipelen waren bang. Ze hadden een turbulente tijd achter de rug. Het was ongelofelijk. Hun geweldige meester Jezus verraden, vernederd en onschuldig veroordeeld. En nu lag Hij in het graf.
Tenminste… dat was het laatste wat ze van Hem gezien hadden. Het was dus niet waar, dat ze zouden delen in Zijn macht en glorie, dat ze samen met Hem zouden zitten op de troon en macht uitoefenen over de Romeinen, het volk zouden leiden en in vrede zouden leven in Israël! De discipelen waren teleurgesteld. En alsof de feiten niet deprimerend genoeg waren, dan wel hun eigen gedrag. Want wie sukkelt er nou in slaap wanneer je beste vriend je vraagt wakker te blijven omdat hij doodbenauwd is? Welke echte vriend verloochent zijn maat wanneer anderen naar de waarheid vragen? Wie loopt er weg van een dierbare die hangt te creperen aan een kruis? De conclusie was eensluidend: ze waren geen knip voor de neus waard. Losers, stuk voor stuk, angsthazen!
Jezus had in Zijn leven meerdere malen tegen Zijn discipelen gesproken over Zijn lijden, sterven en opstanding. De discipelen hadden wel degelijk kunnen weten dat dit stond te gebeuren. Hun angst om zelf ook opgepakt te worden door de Joden was volkomen onterecht, omdat Jezus een taak voor de toekomst voor hen had. Zij zouden de wereld in gaan om mensen tot Gods volgelingen te maken. Dat wisten ze. Waarom dan toch zo bang? En ongelovig?
Op dat moment van angst, teleurstelling en ongeloof stond Jezus plotseling in hun midden. Hij kwam als geroepen. Hij verweet hun niets, maar sprak het verlossende woord: ‘Vrede zij u!’ De discipelen herkenden die stem! Ze richtten hun blik op Jezus. In het licht van Jezus’ verschijning smolt hun angst als sneeuw voor de zon. We lezen dat er blijdschap voor in de plaats kwam (Johannes 20:20).
NALEVEN
Nog steeds houdt angst mensen in zijn greep gevangen. Anno 2016 is dat merkbaarder dan ooit. Angst gooit grenzen dicht en zorgt ervoor dat mensen zich opsluiten in hun eigen donkere hoekje, onbereikbaar voor anderen. Wat is er veel waar je bang van zou kunnen worden: dreiging van terrorisme; angst voor de toekomst, voor je baan, voor de uitslag van de dokter; bang dat anderen je niet leuk genoeg vinden; bang voor je huwelijk dat al zolang stroef loopt; bang en bezorgd om je ouders die hulpbehoevend beginnen te worden.
Angst kan je vleugellam slaan. In deze geschiedenis zien we dat Jezus dwars door muren van angst en bezorgdheid heen dringt. Jezus gaat in het centrum staan en spreekt woorden van bevrijding: ‘Vrede zij u!’
Herken je die angst, die teleurstelling omdat het leven je niet gebracht heeft wat je ervan verwacht had? Of voel je je bij tijden een loser? Ik ben niet anders dan de discipelen. Ook ik val in slaap terwijl ik alert had moeten zijn, ik geef niet thuis wanneer ik kleur had moeten bekennen. Ook ik kies vaak voor de weg van de minste weerstand…
Jezus spreekt deze woorden van vrede ook tegen jou en mij: ‘Vrede zij u. Blijf niet zitten in je donkere hoekje, Zoals de Vader Mij gezonden heeft, zo zend Ik ook jou. Ik heb een plan met jouw leven. Ik goot Mijn leven uit als een offer en Ik ben op zoek naar mensen die veel kunnen ontvangen. Je hoeft niet langer in onvrede met jezelf te leven. Laat los waar je aan vast zit, waar je bang voor bent, zodat je leeg wordt in jezelf. Je kunt pas vruchtbaar zijn – dierbare discipel van Mij – als je sterft aan jezelf, net zoals de graankorrel eerst moet afsterven voordat hij vrucht kan dragen. Het echte leven, de kiemkracht zit ’m niet in jouw inspanningen.’
De discipelen blijven niet vleugellam geslagen in hun hoekje zitten. Jezus geeft hun een opdracht. ‘Zoals de Vader Mij gezonden heeft, zend Ik ook u.’ De volgelingen van Jezus – jij en ik, wij worden geroepen om onze vleugels uit te slaan. Het is Pasen geweest; Jezus is opgestaan en Hij heeft de macht over de zonde en de dood overwonnen. Niet de angst, maar Jezus regeert.
Ga daarom heen – samen met de Geest – en verkondig die bevrijdende boodschap van vergeving en vrede. Halleluja!