Wanneer de Zoon u vrij zal maken, zult u werkelijk vrij zijn!
(Johannes 8:36)
UITLEG
Vorige week was het Pasen en stonden we stil bij de vrijheid die Jezus ons heeft gebracht door Zijn dood en opstanding. Deze week nemen we een kijkje in het leven van een vrouw die door Jezus werd bevrijd: Maria van Magdala. Wie was ze? Wat kunnen we van haar leren over vrijheid?
Vrij om te dienen
We komen Maria voor het eerst tegen in Lukas 8:2. Maria is afkomstig uit Magdala en was er geestelijk slecht aan toe – ze was bezeten door maar liefst zeven demonen. Op zekere dag, komt Jezus haar leven binnen en bevrijdt haar van deze boze geesten (lees ook Markus 16:9). Vanaf dat moment neemt haar leven een andere wending. Ze besluit Jezus te volgen ‘van stad tot stad en van dorp tot dorp’ (Lukas 8:1) en dient ze Hem door zich in te zetten voor het Koninkrijk van God – simpelweg door voor de Heer en Zijn volgelingen te zorgen. Zo eenvoudig kan het dienen van God zijn. Inzetten wat je hebt en doen wat voor handen ligt.
Vrij door het kruis
Dan horen we een tijdje niets meer van haar. Pas een jaar of drie later komen we haar weer tegen. Ze is Jezus gevolgd van Jeruzalem naar Golgota (Matteüs 27:56) en is daar getuige van Zijn dood. Samen met vele vrouwen staat ze daar… en ziet hoe de Man Die haar het leven teruggaf, Die haar het eeuwige leven gaf, sterft. Maria beseft op dat moment waarschijnlijk niet dat ze getuige is van de laatste stuiptrekkingen van het kwaad dat haar zo lang in zijn macht heeft gehouden. Van de overwinning over zonde en dood. Van het offer dat nodig was om haar te bevrijden.
Vrij om te leven
Maria laat Jezus zelfs na Zijn dood niet in de steek. Ze ziet hoe Jozef van Arimatea het lichaam van Jezus in linnen wikkelt en in zijn eigen graf legt (Matteüs 27:59-61). Als Jozef naar huis gaat, blijven Maria en Maria achter. Hun liefde zoekt naar wegen om Hem ook in het graf te dienen. Dus zodra de sabbat voorbij is, komen ze terug. Met een geschenk voor hun Heer. Geurige olie om Hem te balsemen.
Zelfs als Jezus Maria niets meer te bieden heeft, doet Hij niet af voor haar. Haar liefde is puur – een liefde die niets terugverwacht, maar die bereid is alles te geven. Hoe is dat met jou? Is jouw liefde voor je Heer afhankelijk van wat Hij je geeft? Of heb je Hem lief omdat Hij jou het eerst heeft liefgehad?
Vrij om te getuigen
Maar het graf van Jezus blijkt leeg. Alleen de steen staat daar als stille getuige naast een open graf, waar de bewijzen van Jezus’ begrafenis nog overtuigend aanwezig zijn. Maar waar is Hij? Het antwoord komt eerst van de engelen: ‘Hij is niet hier, bij de doden, want Hij is opgestaan.’ Zo moest het immers gebeuren? En even later komt het antwoord op haar vraag uit Zijn eigen mond met een wedervraag: ‘Waarom huil je? Wie zoek je?’ Als het tot Maria doordringt dat haar Heer voor haar staat, wil ze Hem vasthouden en nooit meer laten gaan. Maar Jezus’ taak op aarde zit er bijna op.
Liefde is niet krampachtig vasthouden, maar vertrouwend loslaten. Zoals een vogel zijn vleugels niet kan uitslaan als je hem in je handen houdt, maar pas vrij is als je hem met geopende handen laat gaan. Maria moet Jezus loslaten zodat Hij kan terugkeren naar zijn Vader en de Heilige Geest kan sturen. Om altijd bij haar te zijn (Johannes 14:16).
Ze moet Hem loslaten, zodat zij kan uitvliegen om het goede nieuws door te geven. Als eerste. De eerste bij het graf. De eerste die Jezus ziet na Zijn opstandig. En de eerste die eropuit wordt gestuurd om te getuigen dat Jezus overwinnaar is over Satan, zonde en dood. Zij is daar immers het levende bewijs van! Door Jezus bevrijd van wat haar gevangen hield. Vrij om Hem te dienen. Vrij om lief te hebben. Vrij om te getuigen.
Zo vrij als een vogel! Vogelvrij!
NALEVEN
Maria van Magdala was een vrouw die het leven met al zijn pieken en dalen kende. Ze had de duisterste kanten gezien en was door de Heer Jezus gered om in het licht te wandelen. Ze veranderde van een gebonden vrouw, een slavin van Gods tegenstander, in een vrije vrouw, geliefd door God Zelf. En vanuit die positie als geliefde dochter van God mocht ze het leven dat nog voor haar lag, leven in een vrijheid die haar niet vrijwaarde van verdriet en moeilijkheden, maar die haar de kans gaf te worden zoals God haar had geschapen.
Ook jij bent geliefd. Door God Zelf. Hij heeft jou bedacht en gemaakt. Hij heeft Zijn Zoon voor jou gegeven en wil niets liever dan ook jou bevrijden van alles wat je ervan weerhoudt je te ontplooien en te worden zoals God je heeft bedoeld.
Vrij om te dienen. Vrij om lief te hebben. Vrij om te getuigen. Vrij!