Thuis is echt een thema waar je uren over na kunt denken. Want wat is thuis? Wat maakt jouw huis een thuis? Is dat een dimensionale omgeving waarbij de deur altijd plat te lopen is, waar het huis bruist van gezelligheid en mensen met een grote gevulde eettafel? Of is thuis een oase van rust, een plek waar jij jezelf terug kunt en wilt trekken. Een veilige omgeving waar je hart tot stilte komt en waarbuiten het leven voorbij raast.
De afgelopen 2,5 jaar heb ik kantoor aan huis gehad, wat betekent dat ik van lunchvergaderingen tot trainingen aan huis verzorgde. Mijn woonkamer is omgebouwd geweest tot kantoor, vergader- en trainingsruimte. Bovendien stonden overal in het huis spullen om de evenementen van BUtogether aan te kleden en te verzorgen. Wanneer ik momenten van me-time had, ging mijn laptop al snel open en checkte ik nog even mijn mail, ruimde ik wat spullen op of was ik weer een spreekbeurt of een evenement aan het voorbereiden. Mijn huis als levendig hart van BUtogether, in plaats van mijn thuis.
Mijn thuis was ver te zoeken, ik was het kwijt en ik wist ook niet waar ik het moest vinden. Maar dat er iets moest veranderen was zeker. Vanaf september zijn we gezegend met een kantoor waar de stichting inmiddels huist. Dit betekent dat mijn huis weer geëigende grond is. Een confronterend moment, want dan word je letterlijk en figuurlijk stil gezet. Wat is mijn thuis, in wat vormt mijn huis een thuis en hoe geef ik daar invulling aan? Wat doe ik in de tijd dat ik thuis ben en niet aan het werk? Wat is de balans tussen thuis zijn en op pad zijn, tussen mijn passie en mijn tijd om stil te staan, tussen het bruisende leven dat ik leef en een zacht en stil gemoed?
Wat ik bemerk is dat ik weer moet leren om van mijn huis mijn thuis te creëren. Om niet weg te lopen voor dit proces, maar gewoon weer te leren om ongedwongen een boek erbij te pakken en met de benen omhoog te genieten van de pagina’s die aan mijn ogen voorbij komen. Door pen en papier te pakken met mijn journal (of met Coby’s Hartschrift) mijn gedachten te verwoorden. Of door mijn schilderskwast erbij te pakken en mijn hart op de canvas ten tonele te laten komen. Datgene wat daadwerkelijk in mijn hart leeft. Want thuiskomen in mijn eigen hart maakt dat ik mag zijn. Dat ik even uit de turbulentie van het leven mag stappen en in de spiegel mag kijken. In de spiegel van mijn hart, en dan de keuze maken om niet voorbij te gaan aan mijn gedachten en emoties, maar daar ruimte aan te geven. Om te leven en leven te delen. Met mezelf en in intimiteit de oase van rust die ik bij God mag vinden. Home is where the heart is. Je thuis is een hartkwestie. Wanneer ik met mijn hart tot rust mag komen mag mijn huis een thuis worden. Een thuis waar de deur van platgelopen mag worden, maar waar het begint bij het thuiskomen bij de grote God die mijn God is.