Bagage… dat klinkt nogal gewichtig. In gedachten zie je jezelf al zeulen met zware koffers, een rugzak op je rug of in elke hand een overvolle boodschappentas, waarvan de handgrepen langzaam maar zeker in je vlees snijden. Elke stap kost moeite en aan de afstand die je moet overbruggen, lijkt maar geen eind te komen.
Of je denkt aan de blokken aan je ziel. Aan alles wat je aan ellende en trauma’s hebt meegemaakt in je leven. Dingen die vastgeketend zitten aan je binnenste, die telkens weer op je netvlies verschijnen en je gedachten binnensluipen, die je maar niet kunt loslaten en die je weg door het leven van tijd tot tijd zwaar en haast eindeloos doen lijken.
Bagage… Gewichtig. Van gewicht. Belangrijk.
Dat geldt zeker voor de spullen die je meeneemt op vakantie of naar school. De inkopen die je hebt gedaan om je gezin van eten te kunnen voorzien. Je kunt voor het grootste deel niet zonder.
En ook de last die je ziel meesleept, mag niet worden onderschat. Die is als lood in je schoenen, als een steen in je maag en een brok in je keel.
Maar wat is het een voorrecht als je, volwassen geworden, een enorme lading bagage meedraagt uit je kinderjaren – een karrenvracht aan nestwarmte, geborgenheid, liefde, aanvaarding, bemoediging, warme en leuke herinneringen, liefkozingen, humor, vrijheid en grenzen.
Tassen vol van al die zaken die je leven met al zijn ups en downs vaak een stuk draaglijker maken. Een voorraad schatten waaruit je de rest van je leven kunt putten en die toch onuitputtelijk lijkt te zijn.
En wat is het een mooie, gewichtige taak om die bagage op jouw beurt weer door te geven aan je eigen kinderen. Om hun schatkamer te vullen met alles waar ze de rest van hun leven op kunnen teren. Waar ze met plezier aan kunnen terugdenken. Een overvolle voorraadschuur die hen, eenmaal volwassen, ook door de magere jaren van hun leven zal helpen.
Want hoe gewichtig zulke bagage ook is, ze maakt het leven een stuk lichter.




