Over een week of drie wordt de 100e Vierdaagse van Nijmegen gewandeld. Een enorm evenement waaraan tienduizenden sportieve wandelaars meedoen. Zelf heb ik een aantal keren het voorrecht gehad om samen met een vriendin diezelfde vierdaagse te lopen. Een onvergetelijke ervaring! Al wandelende merkte ik dat die ervaring mij ook heel wat geestelijke lessen te leren had. Ik moest die vier dagen met name vaak denken aan de eerste twee verzen van Hebreeën 12, waar het gaat over een ‘wolk van getuigen’.
Overal waar we liepen, zagen we mensen die van ’s morgens heel vroeg tot aan de finish ergens halverwege de middag langs de kant van de weg stonden om ons toe te juichen en aan te moedigen. Zij hielpen ons met hun aansporingen om door te gaan.
Natuurlijk waren er tijdens elke wandeling momenten dat alle spieren stijf en pijnlijk aanvoelden, de voeten oververhit raakten en er een blaartje ontstond, maar we hebben ook ervaren dat de mensen om ons heen, hun aanmoedigingen door woord, daad en muziek, ons over zo’n dood punt heen hielpen, zodat we de tocht konden voortzetten en uiteindelijk tot een goed einde konden brengen.
Goed, de geestelijke les.
Zoals ik al zei, moest ik vaak denken aan die wolk van getuigen. En ik had tot nu toe nooit zo goed begrepen hoe dat in zijn werk gaat. Maar nu begrijp ik het denk ik een stuk beter. De gelovigen die ons zijn voorgegaan (in Hebreeën 12 gaat het over de oudtestamentische gelovigen die in hoofdstuk 11 worden opgesomd), hebben de tocht al uitgelopen. Zij weten wat nog voor ons ligt aan moeilijkheden, maar meer nog aan heerlijkheid.
Daarom moedigen ze ons aan door te gaan, juist op die moeilijke momenten, als we misschien overwegen het bijltje erbij neer te gooien. Hun getuigenis, hun verhaal spoort ons aan om door te gaan. En vergeet daarbij het effect van lofprijzing niet, de kracht van muziek, door God gegeven, die ons helpt onze blik af te wenden van de omstandigheden en te richten op God in al Zijn grootheid.
De getuigen langs de kant sporen ons ook aan om niet te kijken naar de omstandigheden, de lange weg die nog voor ons ligt, de spierpijn en de blaren, maar naar Jezus: Hij is ons doel. Hij heeft de weg voor ons bereid en gelopen. Hij wacht ons op bij de eindstreep.
Natuurlijk, het vierdaagse-kruisje is een leuke beloning, maar wel heel betrekkelijk. In de hemel wacht ons een heerlijkheid die alles wat we onderweg hebben meegemaakt doet verbleken, en die nooit aan glans zal inboeten.
Dit keer liep ik de tocht en stonden vele duizenden langs de kant om mij aan te moedigen. Dat heeft mij ontzettend goed gedaan. Maar een volgende keer sta ik misschien langs de kant en heb jij mijn aanmoediging nodig om over een moeilijk punt heen te komen, om door te gaan en het doel voor ogen te houden.
Ik kan jullie verzekeren dat het een heel andere tocht zou zijn geweest als er niemand langs de kant van de weg had gestaan, die 160 kilometer lang. Daarom spraken me die verzen uit Hebreeën opeens zo aan, omdat ik meer dan ooit begreep hoe nodig en krachtig bemoediging en aanmoediging is. En het mooie is dat het iets is wat we allemaal kunnen doen en wat we elkaar zeker niet mogen onthouden.
Wie kan jij vandaag bemoedigen of aanmoedigen? Denk dan bijvoorbeeld aan een kaartje, telefoontje, mailtje, sms’je, bezoekje…




