Tijdens het jaarlijkse bezoek aan mijn broer en schoonzus in Finland bezochten we dit keer onder andere een groot, oud huis waar ooit de schilder Pekka Halonen met zijn grote gezin woonde. Dit huis, Vila Haloseniemi, staat op een idyllisch plekje op de oostelijke oever van het Tuusula-meer. Daar werd begin deze eeuw de culturele bodem gelegd voor een zelfstandige Finse natie. Hier lieten schrijvers en schilders zich inspireren door de Finse taal en landschappen…
Het huis biedt dan ook een schitterend uitzicht over het meer. Ik zag mezelf daar al zitten achter mijn laptop, geïnspireerd door al dat schoons en alle rust. De woorden zouden als vanzelf uit mijn vingers vloeien, stelde ik me zo voor. Geen wonder dus dat er juist op die plek heel veel moois is ontstaan. Een klein deel ervan konden we met eigen ogen bewonderen. Nou ja, met eigen ogen…
Op het moment dat wij het huis binnenliepen, zagen we daar een blinde dame lopen, vergezeld van een andere vrouw. Onmiddellijk vroeg ik me af wat deze blinde te zoeken had op een plek als deze. Het huis bood geen enkel comfort voor iemand die het zonder gezichtsvermogen moet stellen en al het moois dat er te zien was, was aan haar ook niet besteed. Althans, dat dacht ik…
Maar daarin vergiste ik me dus. Eenmaal op de bovenetage aangekomen, zag ik de twee vrouwen voor een schitterend schilderij staan. De blinde dame stond schuin voor haar begeleider, en aan haar hele houding was te zien hoe geboeid en geïnteresseerd ze was. De ene hand van haar begeleider rustte op haar schouder en terwijl die tot in het kleinste detail beschreef wat er op het schilderij te zien was, gebruikte ze de wijsvinger van haar andere hand om op de rug van de blinde dame te tekenen wat ze zag. En door de stralende blik op het gezicht van de blinde vrouw, wist ik dat zij zag wat ik zag, zij het met andere ogen.
Met stomheid geslagen heb ik dat tafereeltje gadegeslagen en toen ik de oude, houten trap weer af liep, besloot ik er een blog aan te wijden. Omdat het me raakte – zoals het die blinde vrouw raakte.
Wat een bijzonder voorrecht om een blinde te laten kijken met je eigen ogen, mond, handen en gevoel – met de ogen van je hart. Wat een bijzonder voorrecht om als blinde te mogen zien met andere ogen, met ogen van het gehoor, de tastzin en het gevoel – met de ogen van je hart.
Is dat niet wat het lichaam van Christus zou moeten zijn – ogen voor de blinde, oren voor de dove, een stem voor wie monddood is gemaakt, handen voor wie tastend door het leven gaat, voeten voor wie geestelijk verlamd is? Kortom – zouden we niet veel meer als Christus moeten zijn hier op aarde en met alles wat in ons is Zijn liefde gestalte moeten geven, hoe dan ook?
Jezus sprak: ‘De Geest van de Heer rust op Mij, want Hij heeft Mij gezalfd. Om aan armen het goede nieuws te brengen heeft Hij Mij gezonden, om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken en aan blinden het herstel van hun zicht, om onderdrukten hun vrijheid te geven, om een genadejaar van de Heer uit te roepen.’
(Lucas 4:18-19)