Heb je je weleens verplicht tot iets waarvan je later besefte dat er nog meer verplichtingen aan kleefden? Ik wel. Mijn man en ik hadden onze zoon eens beloofd dat hij een reptiel mocht kopen als hij genoeg geld verdiend had. We bedachten dat hem dat misschien wel nooit zou lukken, en mocht hij er wel in slagen, dan zou het in ieder geval even duren voor hij genoeg had.
Het duurde een maand! Dus voor we het wisten, hadden we een baardagame in huis – en kwamen we achter de verdere verplichtingen die deze koop met zich meebracht:
– We moesten de kooi schoonmaken.
– We moesten het beest levende krekels voeren en die krekels dus lang genoeg in leven houden om door hem te kunnen worden opgegeten.
– We moesten voor de zorg van de agame betalen, wat veel hogere kosten waren dan enkel de aankoopprijs.
In dit geval bleken de aanvullende verplichtingen uiteindelijk ook niet erg. We genoten ervan om onze zoon te zien stralen en te leren zorgen voor een van Gods schepsels. Maar misschien heb jij ook weleens meegemaakt dat er een ander soort extra verplichting was; eentje waardoor je in een heel onprettige situatie terechtkwam.
Zonde geeft ons bijvoorbeeld vaak het idee dat we er iets aan verplicht zijn. We bewandelen een bepaalde weg met het idee dat we dat moeten doen. Wat maakt het ook uit, denk je misschien, ik kan het toch niet. Waarom zou ik nog proberen te vechten tegen het verlangen? Het is te fijn. Of misschien heb je wel nog duisterder gedachten: ik heb dit verkeerde ding verdiend, dus ik ga het gewoon doen.
Maar hier in Romeinen 8:12 zien we dat we niet aan de zonde iets verplicht zijn (‘schuldenaars’ in de Statenvertaling), maar aan de Geest. We hoeven ons niet aan ons vlees over te geven, omdat we de Geest hebben en door Hem geregeerd worden; we zijn niets aan het vlees verplicht. En dat betekent dat we ‘nee’ kunnen zeggen tegen de zonde.
Paulus verwoordt dit in 1 Korintiërs 10:13 op een andere manier: ‘Meer dan een menselijke verzoeking is u niet overkomen. En God is getrouw: Hij zal niet toelaten dat u verzocht wordt boven wat u aankunt, maar Hij zal met de verzoeking ook de uitkomst geven om die te kunnen doorstaan.’
De Bijbel verzekert ons van twee dingen: 1) we zullen door zonde verleid worden, en 2) er is altijd een uitweg, een manier om ‘nee’ te zeggen. Dat wordt ons gegarandeerd, door Jezus’ dood en opstanding. Dus de volgende keer dat je het gevoel hebt dat je je gewonnen moet geven aan de zonde die je zo op de huid zit, de zonde die jou wil wijsmaken dat je geen andere keus hebt, bedenk dan dat je in Christus bent, dat je de heilige Geest hebt en dat je niets aan de zonde verplicht bent. Alleen aan de Geest ben jij iets verplicht, niet aan het vlees. Je hoeft je niet langer te onderwerpen aan de zonde.
Tekst: © Als God voor ons is (Trillia J. Newbell)