Gij zult niet echtbreken… Toen we de Tien Geboden behandelden, kwam dit gebod uiteraard ook voorbij. Maar wat een spannend gebod voor twee kleine jongetjes… Hoe teer is dit onderwerp, hoe moet ik aan mijn kinderen uitleggen wat de huwelijkstrouw inhoudt. Want daar gaat dit gebod ten diepste over.
We bekijken met de kinderen ons trouwalbum. Terwijl we dat aan het doen zijn beginnen we met het stellen van vragen:
- – Waarom zijn papa en mama getrouwd? Omdat we van elkaar hielden? Omdat God ons samenbracht? Omdat papa zo leuk kan lachen? Omdat mama lekker kan koken? Omdat we elkaar gewoon leuk vonden?
- – Waar zijn papa en mama getrouwd? In de kerk? In het bos? Op het strand? In het gemeentehuis?
- – Mogen papa en mama met een andere man/vrouw kroelen? Waarom niet? En kussen, mag dat wel?
- – Wat zouden jullie ervan vinden als papa en mama in verschillende huizen gingen wonen?
- – Wat denken jullie dat God wil van ons omdat we getrouwd zijn?
Door deze vragen komen we steeds dichter bij de kern van het zevende gebod. Ze snappen goed wat wel en niet de bedoeling is. We vertellen hoe wij genieten van het getrouwd zijn en het samen zijn. Maar ook dat we geloven dat God ons bij elkaar gebracht heeft.
Het kwartje lijkt gevallen te zijn, dus we gaan knutselen. We plakken op een vel papier een roze hart en daarna geven we de jongens de opdracht dingen erbij te tekenen of schrijven waarvan zij denken dat het te maken heeft met trouw zijn.
Er worden hartjes getekend, er worden twee mensen tekenend, één huis, het woord love komt voorbij. Daarna maken we van twee gele stukjes papier twee ringen die in elkaar grijpen. Als symbool voor de trouw die we elkaar beloofd hebben. Ze zitten ‘vast’ aan elkaar. Iets vervelends? Nee helemaal niet! Makkelijk? Nee niet altijd… Maar o, wat ben ik blij met mijn lieve man.