Wees niet bang. Met die drie woorden begon God, bij monde van engelen, het blijde nieuws van Jezus’ geboorte, toen hij dat aan de herders bekendmaakte. Maar die woorden zijn niet alleen aan de herders gericht. Ze gelden ook jou. Juist in deze tijd en wereld vol terreur, oorlog, woede, angst en lijden, zegt Hij tegen je: ‘Wees niet bang. Ik heb Mijn Zoon naar de aarde gestuurd, omwille van jou. Wat er ook gebeurt en wat je ook moet doormaken; Hij is bij je en zal je beschermen. Tot de dag dat Ik terugkom.’ Als dát geen reden tot een gezegend en vreugdevol kerstfeest is…
Bibberend zat ik op mijn stoel. Mijn knieën knikten en de tranen stonden in mijn ogen. Ik gaf het niet graag toe, maar ik had meer dan gewone angst voor het autorijden. Mijn man zat in de bijrijdersstoel naast me en zei: ‘Kom, je kunt het. Je hebt je rijbewijs en ik help je. Straat voor straat.’ Ik kon allerlei smoesjes verzinnen zodat hij zou rijden, maar hij gaf niet op: ‘Probeer het maar, je kunt het.’
Na maanden bibberen durfde ik eindelijk ook weer eens zelf te rijden. Ik weet nog goed dat ik het lied I am no longer a slave to fear keihard aanzette. En het ging goed! Inmiddels rijd ik het hele land door, zonder bibbers. Ik laat me niet langer belemmeren door deze angst, ik voel me vrij.
Bang, iedereen is het wel ergens voor. Daarom staat er 366 in de Bijbel: wees niet bang. Voor elke dag een keer, zelfs in het schrikkeljaar! Wat kent God ons toch goed. Hij kent onze angsten, onze nachtmerries, onze bibbers. Maar Hij loopt, rijdt, staat naast ons en moedigt ons aan: ‘Wees niet bang. Je kunt het wel. Richt je niet op je angst, maar op Mij. Ik, Immanuel – God met ons – ben bij je. Ik ben erbij. Ik ben.
Marije Vermaas
‘Gegroet Maria, je bent begenadigd, de Heer is met je.’ Van schrik laat Maria de bezem uit haar handen vallen bij het horen van die plotselinge stem. Ze heeft niemand horen binnenkomen! Snel veegt ze haar handen af aan haar schort en kijkt de onverwachte bezoeker fronsend aan. Hoezo zegt hij dat ze ‘begenadigd’ is? Ze doet een stapje achteruit. Hij zal toch niets kwaads in de zin hebben?
‘Wees maar niet bang, Maria.’ Hij noemt haar naam met nadruk en warmte, en op de een of andere manier stelt haar dat gerust. ‘Luister,’ gaat hij verder, en dat doet Maria. Met stijgende verbazing. Verbijstering zelfs. Vaag dringen de laatste woorden tot haar door. Iets over een groot man; David en Jakob worden erbij gehaald…
Het zal allemaal wel, maar zelf heeft ze een heel andere vraag. In verwachting, zij? ‘Hoe zal dat gebeuren?’ Ze weet heus wel hoe het met de bloemetjes en de bijtjes zit.
Dan vertelt de boodschapper over de kracht van Gods Geest en over haar tante Elisabet, die op zeer hoge leeftijd een zoon verwacht. ‘Want voor God is immers niets onmogelijk?’ besluit hij zijn relaas.
Nee, dat is zeker waar. Maria buigt haar hoofd en voelt haar hartslag tot bedaren komen. ‘De Heer wil ik dienen,’ zegt ze zacht. ‘Laat met mij gebeuren wat u hebt gezegd.’ Haar angst ebt weg als een dreigende golf. Ze kijkt op. Even geruisloos als hij kwam, is de bezoeker weer verdwenen. Maria pakt neuriënd haar bezem en in haar hoofd ontstaan de eerste woorden van een lied. Mijn ziel prijst en looft de Heer, want Hij heeft oog gehad voor mij, Zijn minste dienares…
Femmie van Santen
Wees niet bang… Het lijkt haast wel de kern van het kerstverhaal. Maar liefst vier keer komen we die drie woorden in het kerstevangelie tegen. Vier keer is het een engel die deze woorden tegen een mens of een groep mensen zegt.
Het is natuurlijk niet vreemd dat je als mens schrikt van de verschijning van een engel. Dat je niet weet wat er gebeurt en dus de natuurlijke neiging hebt om bang te zijn. Hoe bijzonder dat God dat van tevoren heeft ingecalculeerd en Zijn boodschappers heeft opgedragen om vooral met die woorden te beginnen: wees niet bang!
God vraagt van Zacharias, Maria, Jozef en de herders moed en vertrouwen. Moed om te luisteren en te aanvaarden; vertrouwen om God vervolgens Zijn werk te laten doen in hun leven. Met alle gevolgen van dien, gevolgen die ze voor een groot deel op dat moment niet kunnen overzien. En doordat zij, wellicht met knikkende knieën, de boodschap aanvaardden en met God op weg gingen, ver buiten hun comfortzone, vieren wij ook dit jaar het kerstfeest. Hun beslissing om deel uit te willen maken van Gods plan heeft de loop van de geschiedenis veranderd.
Het waren mensen zoals jij en ik. Mensen uit alle lagen van de bevolking. Bezig met hun dagelijks werk, worstelend met hun gevoelens van angst, twijfel en verwarring. Maar één ding kenmerkte hen allen: ze waren beschikbaar. Met Gods geruststellende woorden dat ze niet bang hoefden te zijn, vervolgden ze hun weg en gaven zo Jezus ruim baan in deze wereld.
Ben jij beschikbaar? Ben jij bereid om Jezus ruim baan te geven, al is dat soms misschien met knikkende knieën? Ga maar op weg. Leg je hand in die van God en wees niet bang!
Tineke Tuinder
Lieve Heer Jezus,
Was U bang toen God U vroeg om naar de aarde te gaan? Zag U daartegen op? Was U bang om het huis van Uw Vader te verlaten? De hemelse glorie en heerlijkheid, de dienende engelen… Was U bang toen U in de tijd geplaatst werd? U, in Wiens hand de tijden zijn, werd gebonden aan het tandwiel van de tijd. Was U bang toen U geplant werd in de baarmoeder van Uw moeder? Deel van het ontwerp dat U Zelf, als het levende en sprekende Woord geschapen hebt.
Was U bang toen U het vijandelijk bezette terrein van de satan binnenging? Intens op de hoogte van het kwaad dat hij aanricht. Was U bang om ziek, vernederd, gekwetst, verraden en verlaten te worden? Was U bang? Ik weet dat Uw Vader volmaakt van U houdt. En dat U volmaakt van Uw Vader houdt. Gaf die liefde U de moed en de kracht om ‘de grote sprong’ te wagen?
Later, als ik voor eeuwig bij U ben, kan ik U vragen of U bang was. Nu is dat voor mij nog niet te bevatten. Te weten dat U tóch gekomen bent, geeft mij moed. U kwam in zeker vertrouwen op Uw Vader om Zijn wil te doen. En U zegt mij keer op keer: ‘Wees niet bang!’ Niet bang om Uw wil te doen. Ik wil niet bang zijn om die sprong te wagen. Want Uw volmaakte liefde drijft mijn angst uit. (1 Johannes 4:18) Ik houd van U.
PS Vindt U het goed als ik dat van Uw liefde aan anderen doorvertel? Ook zij zijn bang en hebben het nodig.
Ankie Renger
Wees niet bang. Als ik die woorden lees, denk ik terug aan wat we twee jaar geleden in Geldermalsen meemaakten rondom de komst van het AZC. Het vond ruim een week voor Kerst plaats. Het gemeentebestuur had op heel korte termijn bekendgemaakt dat er een AZC zou komen met plek voor vijftienhonderd asielzoekers.
Daar kwam bijzonder veel weerstand tegen. Naar de extra ingelaste raadsvergadering waren drommen mensen gekomen om hun protest kenbaar te maken. De sfeer was grimmig en er werd geweld gebruikt. Mensen wilden het niet, zo veel vreemdelingen. Ook leefde er veel angst onder de mensen; ze vroegen zich af: Wat halen we in huis? Wat als er iemand van IS tussen zit?
Een aanzienlijk deel van die mensen was christen…
Op die heftige reactie is vanuit de kerken gereageerd. Onder andere door een drietal avonden te organiseren rondom het thema ‘Wees niet bang’, met als doel gelovigen te sterken en een aanstekelijk voorbeeld voor anderen te zijn. Als gelovigen hoeven wij ons niet te laten leiden door angst voor wat eventueel gaat komen. We laten ons leiden door de liefde van Christus, liefde die alle angst verdrijft.
Misschien denk je: mooi gezegd, dat ‘heb lief, wees niet bang’, maar dat lukt me niet zomaar. Nee, dat is waar; dat lukt je alleen als je je blijft richten op de dingen van ‘boven’. Of, zoals ik pas las in Gods Woord bidden (Beth Moore): Onze gedachten vullen met het Woord en het erkennen van de ‘goddelijkheid’ van God is een cruciaal onderdeel van het vernieuwen van ons denken. (Blz. 365.)
Dit brengt ons linea reacta bij het geheim van het Kerstevangelie! Het kindje Jezus in de kribbe is Gód en daarom mag het luid en duidelijk klinken: ‘Wees niet bang!’ Think about it!
Gezegende kerstdagen!
Carolina Blokland
Namens de Binnenkamerschrijfsters, die het thema ‘wees niet bang’ deze Kerst elk op hun eigen wijze verwoordden, en Sestra wensen we je een gezegende Kerst!