Nu het bijna weer Halloween is, denk ik regelmatig terug aan het griezelfeest dat de basisschool van mijn dochter vorig jaar voor de groepen 5 t/m 8 had georganiseerd. Mijn dochter zou niet meedoen, maar haar thuis houden mocht niet: het was verplichte lestijd. Daarom zou ze ’s middags naar groep 4 gaan.
De klas was versierd met spinnenwebben en skeletten. Mijn dochter wilde er niet naar kijken. Ik dacht dat dat misschien kwam doordat wij geloven dat de wereld van de duisternis een bestaande realiteit is. Andere kinderen beleven dat mogelijk anders, dacht ik. Maar toen zag ik een ander meisje staan; ze had haar handpalmen tegen haar ogen gedrukt en huilde. De leerkracht was te druk met bewonderen van bloederige schmink en skeletpakken, om te merken dat niet elk kind dit zo leuk vond.
Ik ging naar het huilende meisje toe: ‘Wat is er, lieverd?’ vroeg ik.
‘Ik durf niet te kijken!’ jammerde ze. ‘Ik ben zo bang!’
Resoluut pakte ik haar en mijn dochter bij de hand: we gingen het griezelfeest van die middag niet afwachten. ‘Dit meisje trekt het niet,’ zei ik tegen de meester. ‘Ik breng haar nu naar groep 4, en dan neem ik mijn dochter ook meteen maar mee.’ Dat mocht.
Even later sprak ik een boze moeder op het schoolplein. ‘De meester van mijn dochter gaat Thriller van Michael Jackson laten zien,’ brieste ze. ‘Ik zei tegen hem: “En jij denkt dat dat leuk is? Waar ben jij als de kinderen de komende tijd niet meer durven te gaan slapen?”’
‘Ja, eigenlijk doe je maar mee omdat iedereen het doet,’ zei een andere moeder. ‘Mijn dochters zijn geschminkt als zombie. Maar ik zat gisteren nog te denken: waarom eigenlijk? Het is toch raar dat kinderen dit leuk vinden. Als je erover nadenkt, is het allemaal doodeng…’
Mijn buurkinderen gingen naar het griezelfeest in een pretpark. De weken daarna moest ik ze zelfs overdag soms thuisbrengen, omdat ze ervan overtuigd waren dat ze een glimp opgevangen hadden van een van de figuren van het feest, en vaak hadden ze nachtmerries of zagen ze geesten op hun kamer.
Niemand legde het verband toen een lief vreedzaam kind uit groep 5 bijna een jaar later nog steeds fantasieën had waarin iemand werd geslacht. Want Halloween is gewoon een onschuldig feest, toch?
Ik vind het zorgwekkend dat ik bij meerdere kinderen herbelevingen van Halloween-scenario’s zie, zoals je die bij kinderen met trauma’s ziet. Een tijdje geleden ontmoette ik een Syrisch jongetje van vijf. Hij had zijn eerste jaren de gruwelen van de oorlog gezien. Hij heeft nu een vreemde voorkeur voor filmpjes waarin Disney-prinsessen worden onthoofd en opgegeten. ‘Het is de oorlog,’ weet zijn moeder bezorgd, ‘hij heeft te veel gezien.’ Dan begrijpen we het wél.
Naspelen van gruwelen kan bij kinderen een vorm van verwerking of herbeleving zijn. In de zin van: je kiest er nu zelf voor en hebt zo de touwtjes in handen. Als het na Halloween is, zien we het als een teken dat ze het leuk vonden. Maar is dat echt zo? Of overbelasten we hun gevoelige kinderziel met horrorscenario’s die hun bevattingsvermogen te boven gaan, zodat ze hun gevoel afsluiten en met de middelen die kinderen hebben, proberen het een plek te geven?
Wat mij betreft, vieren we dus geen Halloween. Veel mooier vind ik het alternatieve Hello Life-kinderfeest dat rond Halloween werd georganiseerd in het Gebedshuis in Utrecht, waar dan koekjes worden gebakken, chocomel wordt geserveerd, wordt geknutseld en veel gezelligheid is. Iedereen was welkom, gelovig of niet. Niemand had na afloop nachtmerries, niemand was bang. Wat een goed idee! Laten we, als ouders, daarom allemaal dit voorbeeld volgen. Laten we alternatieven bedenken om kinderen een léúk feest te bezorgen.
Laten we komende woensdag het leven vieren!